Yvonne Hak rekent af met minder seizoen

Geplaatst op Vrijdag, 11 mei 2012
Yvonne Hak rekent af met minder seizoen

Afgelopen zaterdag stond Yvonne Hak aan de start van haar eerste wedstrijd van het outdoor seizoen in Lisse. Ze liep de 1000 meter in een tijd van 2.41.48. Een goed begin vond de atlete uit Heerhugowaard, die de Ter Specke Bokaal meestal aan zich voorbij laat gaan, omdat ze dan nog op trainingsstage is.
Tijdens de FBK-games in Hengelo zal ze zich proberen te kwalificeren voor de Olympische Spelen met een tijd onder de 1.59,87, een prestatie die ze slechts twee keer eerder leverde in 2010. Maar eerst volgt komende zaterdag 12 mei de Flynth Bokaalwedstrijd in Hoorn.

\"\"

We spraken Hak in Lisse, waar ook haar beide ouders aan de zijlijn stonden. Zij hebben met veel moeite kaartjes bemachtigd voor de finale van de 800 meter bij de Olympische Spelen. Ook als Hak zich niet kwalificeert, zullen ze er naar toe gaan. ‘Het is toch het grootste evenement van de wereld en op die avond zal ook een finale met Usain Bolt te zien zijn\', aldus de vader van Hak.
‘Yvonne is op zesjarige leeftijd op atletiek gegaan en werd toen meteen clubkampioen en dat is ze altijd gebleven. Ze combineerde dit lange tijd met schaatsen, maar koos uiteindelijk voor de atletiek\'. Nu weet ze de atletiek te combineren met een studie geneeskunde.
Tot eind vorig jaar liep ze met goed gevolg een paar maanden co-schappen. Vanaf januari 2012 richtte ze zich geheel op de atletiek\'.

Waarom liep ze nu wel een wedstrijd in Lisse? Hak: ‘De grotere wedstrijden zijn allemaal ver weg en ik wilde aan het begin van het seizoen niet meteen ver reizen. Vorig jaar kon ik ook overal lopen waar ik wilde, omdat ik in 2010 een topseizoen had gedraaid. Dat is nu niet het geval. En dat betekent dat ik me opnieuw zal moeten bewijzen. Maar nu sta ik er veel beter voor. Ik ben in de afgelopen winter niet ziek geweest en heb alles kunnen doen wat ik wilde doen op trainingsvlak.\'
‘Ook ben ik van trainer gewisseld, van Peter Winkel naar Honoré Hoedt, en ik train met een fijn groepje op Papendal. Ik kende de meeste atleten al. Het is een gevarieerd clubje: mannen en vrouwen van verschillende afstanden. Er wordt gelopen van 400 meter tot aan de marathon aan toe. Er is eigenlijk altijd wel iemand om mee te trainen en dat is fijn.\'

En hoe bevalt de wisseling van trainer je?
‘Ik ben naar Honoré overgestapt omdat ik me meer op de finesses wilde richten. Ik train niet significant anders, maar het gaat nu echt om de details die ervoor moeten zorgen dat ik net een paar honderdste seconden sneller ben. De trainingen moeten goed zijn: dat bepaalt voor 99 procent het succes. Maar dat andere procentje moet je toch gaan zoeken in zaken om de trainingen heen, zoals voeding en mentale begeleiding. Peter Winkel vond destijds dat hij dit mij niet voldoende kon bieden en zo kwam in goed overleg de overstap naar Honoré tot stand.\'
‘Maar ik heb onder Peter goed getraind en wilde de manier van trainen ook het liefst zo houden. In de aanloop naar een Olympisch jaar moet je ook niet heel veel veranderen, dat is te risicovol. ‘

Hoe is het om mentaal te worden begeleid?
‘Ik heb contact gezocht met Rico Schuijers, de sportpsycholoog in dienst van het NOC*NSF. Ik had er altijd een beetje een zweverig beeld bij en ik sta zelf graag met beide benen op de grond. Maar Rico heeft me echt geleerd om anders te denken. Ik focus nu op het positieve en bedenk me niet meer wat er voor een wedstrijd allemaal mis kan gaan. Daar had ik wel een beetje een handje van zonder dat ik het zelf door had.\'
‘Ook mijn zelfvertrouwen was minder geworden na het vorige, slechte seizoen en daar werk ik met Rico aan. En ik ben me er veel meer bewust van dat ik een leuke wedstrijd wil lopen. Ik focus ook op het plezier en niet alleen op het winnen. Als ik aan de start sta zeg ik tegen mezelf: ‘ik wil dit en ik kan dit.\'

Tekst: Mariëtte Zeedijk
Foto: Erik van Leeuwen