Nederlandse atleten voeren medailleoogst weer op
Op de voorlaatste dag zagen we vier Nederlandse atleten bezig bij de werpvijfkamp. De medaille-oogst op vrijdag was twee keer goud, een zilveren en een bronzen medaille.
Voor Richard Bot ( M40) waren de resultaten: kogelslingeren 43.71 m, stoten 10.02 m, discus 26.60 m, speerwerpen 34.62 m en als afsluiting gewichtwerpen 12.52 m wat een dertiende plaats totaal opleverde.
Piet Meijdam (M50) had al eerder dit kampioenschap gewichtwerpen en discus gedaan en tartte vandaag goed door 47.77 m te slingeren, de kogel 12.52 m te stoten en 54.55 m met de discus te werpen. Bij het speerwerpen kwam de Hercules-atleet mede door een opkomende schouderblessure met 40.78 m niet zover als gewenst. Om verder risico te vermijdenbesloot Meijdam de wedstrijd niet af te maken maar verloor daardoor wel een bijna zekere plaats bij de beste drie.
Ook in deze groep M50 deed Han van Dijk mee. Zijn uitslagen respectievelijk: 36.52 m, 10.27 m, 32.76 m, 23.91 m en tot slot 12.31 m met gewichtwerpen en een 19e plaats in de einduitslag.
Ingrid van Dijk had in de Estlandse atlete Eha Rünne een tegenstandster van formaat maar was zelf de beste bij het slingeren met 43.09 m en het afsluitende gewichtwerpen met 14.00 m. Samen met het kogelstoten 10.65 m, discuswerpen 37.62 m en de afstand van 29.76 m met de speer was het puntentotaal van 4664 voldoende voor goud en bleef Rünne bijna honderd punten voor. Met deze overwinning komt de GAC Hilversum-atlete dit kampioenschap op twee keer een gouden en twee keer een zilveren medaille.
Dan de finale 100 m horden waar M50-er Helmuth Drabben zich zo gefocust had. Met twee snelle Finnen en ook nog Freddy Burgos van de Nederlandse Antillen erbij zou Drabben een superrace moeten lopen voor een gehoopte podiumplek. Vanaf plaats vijf direkt na de start schoof de AV 1923-atleet elke horde een stukje dichter naar zijn sneller gestarte tegenstanders toe. Burgos won in 14.85 sec met de Fin Bryggare in 14.90 sec op de tweede plaats. Voor Drabben en de Fin Timo Rajamäki kwam dezelfde tijd van 15.08 sec op het scorebord. De derde plaats werd aan de Nederlander toegewezen die daarmee zijn eerste WK-medaille ooit behaalde en de de Nederlandse recordtijd tot op 1/10e sec benaderde.
Voor Hans Pompen was de polsstokwedstrijd M40 zijn eerste wedstrijd na een motorongeluk dat de in Hong Kong wonende Nederlander een half jaar geleden overkwam en waarbij hij zijn rechter schouder ernstig kneusde. Tijdens de wedstrijd was er wel de spanning hoe alles zou gaan lopen maar na de aanvangshoogte van 3.95 m ruim te hebben gehaald wist Pompen uiteindelijk 4.25 m te springen. Alleen Emerson Obieda van de Philippijnen was beter met 4.35 m. Met zilver kon de atleet van AV Nijmegen meer dan tevreden zijn.
Goudhaantje van de Nederlandse ploeg in Lahti werd Riet Jonkers. Na de 800 m en 300 m horden won Jonkers ook de 400 m bij de V65 in een tijd van 72.76 sec. Hiermee haalde de Attila-atlete weer 2/10e sec af van haar Europese record dat ze bij het NK in Oosterhout al liep.
Zaterdag de afsluitende dag van dit tot nu toe -ook voor de Nederlandse Masters- geslaagd en goed georganiseerd WK.
Tekst: Jan Huijbers