Levi Vloet: ‘Ik denk wel een paar keer per dag aan de Paralympische limiet’

Geplaatst op Dinsdag, 20 april 2021
Levi Vloet: ‘Ik denk wel een paar keer per dag aan de Paralympische limiet’

Op het zonnige eiland Tenerife bereidt Levi Vloet zich voor op het belangrijkste jaar uit zijn sportcarrière. Alles staat in het teken van het halen van de Paralympische limiet op de 200 meter. ‘Ik denk wel een paar keer per dag aan die 23.35 seconden, de tijd waar ik aan moet voldoen.’

Als je Levi Vloet op de atletiekbaan ziet lopen, heb je het idee dat hij dit al van kinds af aan doet. Zo natuurlijk ziet het eruit. Maar niets is minder waar. Vloet heeft voor zijn atletiekcarrière 7 jaar aan waterpolo gedaan. Een ideale sport voor hem, omdat hij hierbij zonder prothese kon sporten en dus weinig klachten aan zijn stomp had. Vloet is namelijk geboren zonder voet.

Nadat Vloet op zijn 17e bewust koos voor een amputatie van zijn onderbeen – omdat hem dat veel meer mogelijkheden zou bieden – wilde hij maar één ding: heel hard rennen. Hier keek hij al zijn hele leven naar uit. Hij meldde zich met een blade bij Eindhoven atletiek en zette daar voorzichtig zijn eerste stappen. Daarna ging het snel. Drie weken later stond hij al op het ONK in Emmeloord. ‘Mijn trainer wilde dat ik meedeed om te zien hoe het er in een atletiekwedstrijd aan toe ging. Ook wilde hij zien hoe andere atleten op hun blade liepen. Hier kon ik veel van leren.’

Vloet leerde niet alleen veel tijdens die wedstrijd, ook zijn talent viel op. Hij werd gelijk aangesproken door toenmalig talentencoach Heleen Moes. Of hij bij het talententeam op Papendal mee wilde trainen. Dat zag Vloet helemaal zitten. Het betekende voor hem wel dat hij moest stoppen met waterpolo. ‘Ik wilde gewoon heel graag heel hard lopen, misschien ook wel omdat ik dat vroeger niet kon.’

Talententeam op Papendal

In 2014 sloot Vloet zich aan bij het talententeam op Papendal. Hij combineerde trainingen op Papendal met trainingen bij zijn club in Nijmegen. Elk jaar ging hij stappen vooruit. Dit bleef ook niet onopgemerkt bij de bondscoach. Die vroeg hem of hij na de Olympische Spelen van 2016 wilde aansluiten bij het Paralympisch team. ‘Aan de ene kant vond ik het natuurlijk heel gaaf. Aan de andere kant voelde het ook een beetje of ik mijn trainingsgroep in de steek liet. Ik trainde altijd met hen en ben de enige van de protheselopers die is doorgestroomd naar het Paralympisch team.’

In zijn eerste jaar fulltime trainen, maakte Vloet zijn grootste stappen in zijn atletiekcarrière tot nu toe. In datzelfde jaar (2017) werd ook bekend, dat er op de Paralympische Spelen van Tokio voor de klasse van Vloet alleen een 200 meter is. Op de 100 meter is Vloet zijn klasse gecombineerd met de dubbbelbladers waardoor de concurrentie extra groot is.

‘Doordat mijn klasse zo breed is en internationaal hoog aangeschreven staat, worden wij vaak als bijnummer toegevoegd aan wedstrijden van valide atleten. Zo heb ik al verschillende Diamond League wedstrijden gelopen, maar ook de City race in Newcastle. Dat zijn unieke ervaringen.’

De weg naar Tokio

Dat de Spelen een jaar werden uitgesteld kwam Vloet niet slecht uit. Nu heeft hij nog een jaar extra om aan de limiet op de 200 meter te voldoen. Nog iets minder dan 3 tienden is Vloet verwijderd van het behalen van zijn grote droom: meedoen aan de Paralympische Spelen.

Doordat de Spelen werden uitgesteld besloot zijn trainingsgenoot Ronald Hertog aan het einde van 2020 zijn glansrijke carrière te beëindigen. Vloet zag er tegenop dat hij alle tempo trainingen alleen moest gaan lopen. Tot zijn coach Arno Mul met een idee kwam voor deze trainingen. ‘Ik loop nu elke tempo training met richttijden. Dit werkt heel erg goed. Andere jaren toen ik met Ronald tempo’s liep, ging ik altijd volle bak en kreeg daardoor ook veel meer last van mijn stomp. Deze winter heb ik dat veel meer proberen te doseren en ik kan zeggen dat dat goed gelukt is.’

Met de beste winter uit zijn sportcarrière gaat Vloet vanaf de eerste wedstrijd in mei op jacht naar de limiet. ‘Ik moet altijd een beetje inkomen met wedstrijden dus hopelijk kunnen er genoeg wedstrijden georganiseerd worden.’ Voor Vloet wordt het alles of niets. ‘Als ik de limiet niet haal, is het voor mij heel moeilijk om zonder financiële steun verder te gaan als atleet.

Tekst: Jelmar Bos
Fotografie: Lars van Hoeven