Grete Koens gelooft in het MiLa-talent

Geplaatst op Zondag, 8 december 2013
Grete Koens gelooft in het MiLa-talent

Met tien gekwalificeerde atleten voor de EYOF en zeven bij de EJK was de midden- en lange afstand goed vertegenwoordigd op de grote jeugdtoernooien. ‘Een waanzinnig jaar’, zegt bondscoach Grete Koens. Dat jaar wordt in Belgrado afgesloten met vijf junioren bij de EK cross.

Veel talent voor het hardlopen

Voor Koens was het de bevestiging dat er veel talent voor het hardlopen is in Nederland. Dat blijkt ook uit de prestaties van de neo-senioren: bij de EK in Tampere en in Belgrado. Daar was zij zelf wat minder bij betrokken. ‘Ik concentreerde me op de junioren, omdat we de talenten in een vroeger stadium willen oppakken. Er wordt gewoon niet genoeg getraind in Nederland. Dat moeten we veranderen, doordat de junioren elkaar meer gaan inspireren en motiveren.’ Oud-atlete Koens kwam in 2005 naar de Atletiekunie om er – aanvankelijk als freelancer – de talentontwikkeling te versterken. Vanaf 2007 kwam ze in vaste dienst, met onder meer de opdracht het beleid onder de activiteiten voor jonge atleten in alle disciplines vast te leggen en onder meer de regionale trainingen te organiseren. De laatste jaren houdt ze zich weer vooral bezig met de midden- en lange afstand en begeleidt ze op Papendal een kleine groep atleten.

Teruggeworpen op eigen kracht

Toen NOC*NSF een jaar geleden bekendmaakte dat er geen geld zou komen voor een fulltime trainingsprogramma voor de MiLa-atleten, was dat ook voor Koens reden om zich te bezinnen op haar werkzaamheden. ‘Dat er veel minder of bijna geen geld meer zou zijn, werpt je terug op je eigen kracht. Eigenlijk heb ik zelf ook altijd heel sober moeten leven om te kunnen sporten en dat hoeft niet verkeerd te zijn. Natuurlijk is het heel fijn als je regelmatig op trainingsstage kunt gaan. Maar je kunt het ook doen met wat je wél hebt. Al hoorde ik uiteraard met veel plezier dat onze voorzitter Theo Hoex op de Unieraadsvergadering aankondigde dat de Atletiekunie toch weer bij NOC*NSF gaat aankloppen om ondersteuning te krijgen voor de MiLa’s.’

Hard willen werken en veel investeren

Maar het gaat om meer dan alleen de verandering van de financiële huishouding. ‘Ik heb een TopCoach5-opleiding kunnen doen en geleerd om te denken in sterkte- en zwakte analyses. Maar papier is geduldig. Het gaat uiteindelijk om die eigen kracht en dan moet je het niet gecompliceerder maken dan het is. Mijn levensfilosofie is: je moet hard willen werken en veel willen investeren.’ Dat doen ook haar eigen atleten. ‘Niemand krijgt een bijdrage van de Atletiekunie omdat hij of zij bij Grete Koens traint. Mijn atleten moeten alles zelf betalen, net als de talenten die bij andere coaches trainen’. Laat daar dus geen misverstand over bestaan. ‘Ik haal niemand over om naar Papendal te komen. Wie dat wil moet zelf onderdak regelen, in de omgeving onderwijs of een baan zoeken en zich zó verzekeren dat ze goede medische zorg kunnen krijgen.’

Veel samen trainen

Het mooie is: dat wil een grote groep atleten elders in het land ook, net als hun ouders en hun coaches. Ook daar wordt stevig(er) getraind. Een groep van dertig atleten reisde afgelopen jaar bovendien een keer of twintig naar Papendal om er samen met anderen te kunnen trainen of om getest te worden. ‘Van tien tot half twaalf een bostraining en ’s middags een tweede training met veel atletische vorming om – zoals ik dat noem – de carrosserie te verstevigen. En dat kost de ouders die hun kinderen komen brengen dus ook een hele dag’, zegt Koens bewonderend. ‘Iedereen neemt zelf z’n lunch mee. Ik hoop alleen dat ik volgend jaar nog wat geld heb om af en toe een lactaattest te kunnen doen en de indoorhal te huren.’ ‘Nieuw is deze aanpak overigens niet. Als je op het Trainerscongres de Noor John Kaggestad hebt gehoord, weet je dat ze het daar vroeger net zo aanpakten: veel samen trainen. En ja: ze gaan tóch op trainingsstage, ook al is er geen “centraal” geld. ‘Sommigen hebben een talentstatus en anderen weten ondersteuning aan te boren op provinciaal of regionaal niveau’, vertelt Koens. ‘We krijgen ook steun van elders. De organisatie van de Warandecross bood overnachtingen aan voor een groep potentiële Belgrado-gangers en bij de Abdijcross kunnen twintig junioren een heel weekend komen.

Meer en slimmer trainen

Dat er meer en slimmer wordt getraind, is deels een gevolg van de boodschap die Koens de MiLa-talenten in de afgelopen twee jaar heeft voorgehouden. ‘Na de WJK in Barcelona, waar de resultaten tegenvielen, zagen we dat er een omslag moest komen. Er waren en zijn beslist talentvolle junioren, maar ze beseften niet wat er voor nodig is om een internationale topatleet te worden’, zegt ze. ‘Ik heb hen eens een serie tijden voorgehouden en gevraagd of ze konden bedenken wat die te betekenen hadden. Het waren de prestaties die je op de diverse afstanden moet leveren om bij een WJK in de finale te komen. Maar de meesten hadden daar geen flauw benul van. Eerst schrikken ze ervan, maar het helpt als je vervolgens duidelijk kunt maken wat ze moeten doen om dat niveau te bereiken.’

Kruisbestuiving

Koens zocht niet alleen de confrontatie. ‘Ik merkte dat ik als persoon teveel op de achtergrond was gebleven. Ik liet heel weinig zien van wat jonge atleten aan mij kunnen hebben, door de kennis en ervaring die ik in huis heb. Daarvoor moesten ze me ook beter leren kennen en dat bereikte ik door die gezamenlijke trainingen te organiseren en door met ouders en coaches in gesprek te gaan.’ Ze organiseerde in het bijna afgelopen jaar een aantal bijeenkomsten met een wisselende groep coaches van atleten in de nationale en regionale selecties. ‘Om met elkaar in gesprek te gaan over ieders aanpak. Dan praat je bijvoorbeeld over de testen die je laat doen, over de verhouding tussen snelheid en duurvermogen en over het individualiseren van het trainingsprogramma.’ Voor het komend jaar is haar wens om ook coaches van de senioren af en toe bij elkaar te brengen. ‘Dan wil ik wat dieper op de materie ingaan en bijvoorbeeld een expert kunnen uitnodigen. Het blijkt dat we een open sfeer kunnen creëren, waarin het mogelijk is bepaalde cases met elkaar te bespreken en zo aan kruisbestuiving te doen. Er is veel commitment.’

\"\"
Grete Koens (met oranje muts) gisteren tijdens de training in Belgrado

Tekst: Cors van den Brink
Foto: Erik van Leeuwen