Ellen van Langen voelt altijd weer die roes

Geplaatst op Dinsdag, 15 juni 2010
Ellen van Langen voelt altijd weer die roes

\"Je sluit het nooit af,\'\' zegt ze. Altijd weer komt er een moment waarop ze er aan wordt herinnerd. Prima, vindt ze. \"Als ze maar niet gaan vragen wat er die derde augustus 1992 om drie over acht door me heen ging. Dat heb ik echt al duizend keer verteld.\'\'

Twee jaar geleden ging ze voor het tv-programma Andere Tijden Sport terug naar de Montjuïc, voor een ontmoeting met Ana Fidelia Quirot (brons) en Liliya Nurutdinova (zilver). \"Destijds spraken we nauwelijks met elkaar, maar nu hadden we elkaar echt iets te vertellen. We konden het ook goed vinden met elkaar. Bijzonder ook wel: een Cubaanse, een Russische en een atlete uit het Westen. Drie werelden. We hadden ook alle drie een persoonlijk verhaal rond die race.\'\' Verhalen ook met heftige emoties, die in het Estadi Olímpic naar boven kwamen.

Aan de einde van de gang van het kantoor van Global Sports Communications in Nijmegen, waar Ellen van Langen sinds 1998 werkt, hangt een schilderij van Tjarko ten Have van de finish. Links de al verslagen Nurutdinova, in het midden Ellen van Langen. Ongeloof, euforie en uitputting in één beeld. Ze loopt er dagelijks langs. \"Leuk, maar ik kijk er echt niet elke keer naar.\'\'

Ellen van Langen kon het destijds kopen. \"Wat moet ik met een schilderij van mezelf,\'\' dacht ze. \"Nu denk ik daar anders over en snap ook niet dat er destijds zo over dacht. Maar ik stond er niet bij stil. Ach, ik kreeg zoveel over me heen.\'\' Haar manager Jos Hermens kocht het vervolgens wel. Van Langen: \"Er lopen hier natuurlijk veel jonge atleten rond, vaak uit Afrika. Die hebben echt geen idee wie of wat het is.\'\'

‘Wij\' zullen het nooit vergeten. De warme zomeravond. Dat gaatje binnendoor, die weergaloze eindsprint naar goud in 1.55,54. Die eerste momenten na de zege, waarin ze wankelt op haar benen van vermoeidheid, maar uitzinnige vreugde haar overeind lijkt te houden. Die aarzelende ereronde met een oranje handdoek. De tranen, later bij het Wilhelmus. Het sprintje in de catacomben van het stadion, waar ze van NOS-verslaggever Sierd de Vos een mobiele telefoon uit de eerste generatie in de hand krijgt gedrukt. Hans Koeleman, haar vriend, aan de lijn. \"Ha lieffie... Heb je het gezien?\'\' Ja, hij had ook gekeken.

Eind juli keert ze terug naar het Estadi Olímpic, nu als atletiekmanager en bestuurslid van de Atletiekunie. \"Speciaal, ja. Al ben ik wel vaker teruggeweest.\'\' Ze heeft afgesproken met Jacques Valentin van ASICS, destijds haar sponsor. Oude herinneringen ophalen aan die intense dagen. \"Het was een roes. Ik voel dat elke keer weer, als ik er ben. De sfeer, de hitte, die fonteinen.\'\' De hitte wordt ook nu een thema. \"Ik was goed voorbereid. Tijdens een stage in Portugal trainde ik in de hitte. Voor de 800 meter was het goed te doen. Het is een gegeven, je weet dat het zo is. Daar moet je je vooral mentaal op instellen.\'\'

Twee jaar eerder was ik vierde geworden op de EK in Split. \"Die ervaring was belangrijk voor me. Ik was nog heel groen in de atletiek. Ik had ook geen jeugdtoernooien meegemaakt, want ik ben pas laat in de atletiek terecht gekomen. Zo\'n toernooi is heel belangrijk in je ontwikkeling, maar dat weet je achteraf. Ik was in Split diep teleurgesteld, ik wilde een medaille. Ik weet nog dat Peter Vergouwen, de bondsarts, na de finale riep: \'1.57,57!\' Ja, met die tijd was ik wel blij. Maar die medaille... Wennen aan zo\'n internationaal toernooi en alles wat daar bij komt kijken, het boeide me allemaal niet.\'\'

\"Ik weet nog dat ik de ochtend van de finaledag op het strand liep en Hans van Wissen van de Volkskrant tegenkwam. ‘Wat verwacht je\', vroeg hij. Tactisch gezien een makkelijke race, zei ik. Het zal hard gaan en ik ga hard mee. Ik was doodnerveus, zoals ik altijd doodnerveus was voor een wedstrijd. Maar het scenario was doodsimpel.\'\'

De Atletiekunie ziet de EK als een internationale opstap, een kans voor veel atleten door minder strenge limieten. Goed, vindt ze. \"Mits atleten het zelf niet als opstap zien. Je moet er willen presteren.\'\' Toch zegt ze tegenwoordig wat milder te zijn, dan ze als atlete voor zichzelf was. \"Nu weet ik dat je mensen de tijd moet gunnen. Soms zijn atleten ongeduldig, zoals ik destijds. Soms moet je iets meer vasthouden aan je planning, vanwege je fysiek. Als ik een dag niet kon trainen was dat een probleem. Een week niet? Een ramp! Dan leg je jezelf een beperking op. Je moet niet altijd willen doorrammen. Op die momenten was het beter geweest om het hoofd rustig te houden. Aan de andere kant heeft het me wel Olympisch goud opgeleverd.\'\'

Ze verheugt zich op de EK. \"De grassroots van de atletiek liggen in Europa. De EK voelen heel dichtbij, de kans op een medaille is voor ons groter. Altijd spannend ook, de EK bieden altijd leuke strijd. Je ziet atleten, die ineens naar boven komen. Op mondiale toernooien is de kans kleiner, daar is vaker sprake van dominante topfavorieten. Het leuke is ook dat winnaars op de EK vaak een gezicht hebben. Mondiaal is dat niet op alle onderdelen zo. Maar die Europese gezichten vallen vaak weg op WK\'s.\'\'

Wat kan het tij doen keren? \"Er gebeurt wel van alles. In de Diamond League is drie Europeanen per onderdeel de regel. Maar voor Shanghai bood niet één Europeaan zich aan voor de 1500 meter. Voor Hengelo op de 3000 meter ook niet. Europese coaches denken soms zo klein. Niet allemaal, hoor. Maar soms zeggen ze dat die dag niet uitkomt, omdat het niet past in de trainingsplanning. Europeanen zeggen relatief vaak af, met Afrikanen en Amerikanen heb je daarvan minder last. Als je alles altijd zó precies wilt plannen, mis je de boot. Als je jong bent moet je je kansen pakken als er een plekje openvalt.\'\'

European Athletics heeft besloten tot een EK om de twee jaar. Dat betekent dat in 2012 dat een EK én Olympische Spelen worden gehouden. De Atletiekunie heeft daarmee ingestemd, Van Langen ziet nog wel wat bezwaren. \"Ik denk dat het ten koste gaat van de EK, de waarde gaat omlaag. Maar misschien zijn we daaraan over tien jaar wel gewend en heb ik het helemaal verkeerd gezien.\'\'

Tekst: Pim van Esschoten