Bondscoach Guido Bonsen trots op teamspirit
\'Ik hoop oprecht echt dat mensen met een amputatie zien dat er een kans ligt.\'
Beijing-plus-één. Dat leek bondscoach Guido Bonsen vooraf een mooi streven. In 2008 kwam de Nederlandse atletiekploeg tot drie medailles. \'Met vier hebben we een mooi toernooi. Vijf of meer zou echt super zijn. En ik wil graag één keer het Wilhelmus horen in het Olympisch Stadion.\' Het werden zeven plakken én een keer het volkslied, voor Marlou van Rhijn. \'Boven verwachting,\' zegt Bonsen dan ook.
Gouden \'Blade Babe\' Marlou van Rhijn
\'Met elf atleten die in totaal op 21 onderdelen uitkwamen, stonden we 15 keer in de finale en halen daar dus 7 medailles. Vijftig procent in de finales is al mooi, daar zitten we ruim boven. En in bijna vijftig procent van de finales pakken we een medaille. Dat is waanzinnig, daar had ik niet van durven dromen.\'
Nederland eindigde op plek 26 in het medailleklassement van de atletiek, waarin 166 gouden medailles werden verdeeld. \'Toch zullen er weinig landen zijn, die met elf deelnemers zoveel medailles halen,\' aldus Bonsen. \'Er staan iets van zestig landen in dat klassement, dat zegt alles over hoe mondiaal deze sport is. Je ziet nu ook de Afrikaanse landen opkomen.\'
In Beijing miste Nederland de slag. \'Er moest echt iets gebeuren. Daar zijn we eind 2009 mee begonnen. In Beijing bleek al dat veel landen in de wereld fors investeerde in de paralympische sport, er werd harder getraind.\' Hoe hard de progressie is in de paralympische atletiek is terug te zien in het bizarre aantal van meer dan honderd wereldrecords in Londen. Ook in de leden van het Dutch Parathletics Team trainen nu fulltime, op Papendal. \'We halen de achterstand in, maar dat zien we pas echt terug over vier jaar in Rio de Janeiro.\'
Acht van zijn elf atleten maakten in Londen immers hun Paralympisch debuut. Drie van hen zorgden voor vijf medailles, met Amy Siemons (twee keer zilver), de pas 15-jarige Desiree Vranken en natuurlijk Marlou van Rhijn (goud en zilver). Speerwerper Ronald Hertog (brons) was er in Beijing al bij en werd toen vierde. En Kenny van Weeghel (zilver) gaat zelfs al mee sinds Sydney 2000.
Opvallend was de teamspirit van het DPT in Londen. Bij elk optreden werd meegeleefd door de hele ploeg. Teleurstellingen werden ook in de groep verwerkt. \'Daar ben ik ook trots op, heel erg trots,\' aldus Bonsen. \'De mensen die zelf misschien niet hun beste prestaties lieten zien, waren weer wel heel erg belangrijk in het team.\'
Op weg naar Rio de Janeiro hoopt Bonsen binnenkort een nieuw contract met sponsor Otto Bock, leverancier van blades en ander materiaal, te kunnen tekenen. De paralympische atletiek is veelal een materiaalsport. Het DPT heeft dan ook veel te danken aan de inbreng van prothesemaker Frank Jol en de technische kennis van Coen Vuijk. \'Hij is hier voor alle rollers van NOC*NSF, maar hij heeft niet één optreden van onze wheelers gemist. Hij wilde er per se bij zijn. We hebben de afgelopen maanden in voorbereiding op Londen ook veel uitgeprobeerd aan nieuwe dingen die hij inbracht.\'
Het DPT had zich voorbereid op een toernooi in de stromende regen. Op zoek naar het beste antwoord, kwam Coen Vuijk met \'spectaculaire hoepels,\' zoals assistent Arno Mul, coach van de wheelers, het omschrijft. De speciale hoepels met kleine weerhaakjes voor een betere grip konden echter in de hoezen blijven. In Londen was het droog en mooi weer. \'Maar het moment dat we ze nodig hebben, komt nog wel.\'
Op weg naar Rio de Janeiro wordt ook de samenwerking met de universiteit van Groningen gezocht, voor wetenschappelijk onderzoek naar de meest efficiënte aanslag van de wheelers.
Bonsen heeft ideeën voor het opzetten van talentscouting. \'Er is binnen Nederland een gat ontstaan, nu we met de topatleten fulltime zijn trainen. Er zijn bij de Atletiekunie maar zo\'n honderd lichamelijk gehandicapte leden. We willen op een aantal punten inzetten, onder andere door actief naar revalidatiecentra opzoeken en laten zien wat in de atletiek mogelijk is. En het liefst gaan we met een talenscout in een busje het land door, langs de mytylscholen en revalidatiecentra. We moeten de boer op, laten zien wat we te bieden hebben.\'
Bonsen wil daarbij zijn succesvolle helden van London 2012 inzetten. Zoals Marlou van Rhijn, nu hét gezicht van het Dutch Parathletics Team en in één klap een naam in de Nederlandse sport. Bonsen weet dat hij die klap goed kan gebruiken. Plakken pakken telt op Papendal. \'Gouden plakken, want die bepalen hoe hoog je in dat medailleklassement komt te staan.\' Met het succes van Londen op zak, zal het makkelijker worden om te praten met NOC*NSF over programma\'s en geld voor de lange reis van vier jaar richting Rio.
Maar hij hoopt nog op een tweede effect. Dat heel veel gehandicapten in Marlou van Rhijn een rolmodel zien. \'Ik hoop oprecht echt dat mensen met een amputatie zien dat er een kans ligt. Ga rennen, duik niet meteen het zwembad in zoals vaak in de revalidatie gebeurt. Ga naar de atletiekbaan en gun jezelf die ervaring op blades. Je kunt echt rennen op die voeten. Die snelheid is zó gaaf. En atletiek is de aller-, aller-, állergaafste sport ter wereld.\'
Staand v.l.n.r. Suzan Verduijn, Marije Smits, Henk Schuiling, Ronald Hertog, Iris Pruijsen, Marlou van Rhijn en Jelmar Bos. Zittend Desiree Vranken, Stefan Rusch, Kenny van Weeghel en Amy Siemons
Tekst: Pim van Esschoten
Foto\'s: Helene Wiesenhaan
Alle verslagen en achtergronden van de Paralympics op atletiekgebied vind je terug op deze website.